OVER

Het nieuwe werk.

Belvedères & It ljocht yn é wâlden

‘Wat ik ook doe het werk maakt zichzelf ik heb alleen invloed op het begin, het witte doek of papier. ‘

Kunstenaar Age Hartsuiker laat zich niet inspireren door de natuur. Het is eerder andersom. ik schilder en teken en op het eind lijkt het op een boom of het landschap dicht om hem heen.

Je ziet nooit mensen in mijn werk, wel de boom, solitair, groepsgewijs of als los zelfstandig element. De boom en de mens zijn verbonden met het landschap, beide vormen zich in de tijd in hun landschap/omgeving.

Het licht in het landschap, it ljocht yn é wâlden, in het nieuwe werk  is onontkoombaar voor hem.
Vanuit de losse elementen zoals akkers,  bomen en stenen, is nu licht, ruimtelijkheid, bewegen en leven weer het landschap geworden.

Ik hou van mooie uitzichten, de belvedères zijn mijn uitzichten vanuit een hoger en dus ander standpunt. Het landschap wordt ontleed en van bovenaf gezien. Elk verhaal van elk stukje land (schap) kan worden gelezen. De verhalen van het landschap vetellen waar we en wie we zijn.
De verhalen geven door het persoonlijke,  historische (tijd)  en landschappelijke ook een gelaagd uitzicht op de sociale factor en daarmee de leefomstandigheden van de mens in de verschillende tijdsperken.

Het landschap in mijn hoofd, of vlak om de hoek, met altijd een eigen verhaal.
Belvedères als uitkijkposten.
It ljocht yn e wâlden wie je bent.

Door Drs.  Ferd. van  Rouwendal over Age Hartsuiker.

“Mijn schilderijen gaan over het wezen van ons leven, van de aarde, van de grond en het begrip tijd. Het gaat over de natuurelementen, de bomen en de stenen, zij zijn verbonden met het wezen van de natuur, zij inspireren mij.”

“Net als  Vincent van Gogh en Karel  Appel  wil ik de bron van het leven raken, terug naar een oorspronkelijke gedachte. Het ontspringen aan de bron. Vanuit deze oorsprong komen mijn beelden visueel tot leven. De denkweg kan beginnen”, aldus Age.

De begrippen soms, afhankelijk van de context worden door de kunstenaar vertaald, getransformeerd naar een veel-zinnigheid. Zijn werk ademt de ware zin van de weergave van gedachten, de werkelijkheid van het  ‘zijn’  wordt  treffend op het doek aangebracht.

De bezinning van het  ‘zijn’ repeteert en is toch verschillend.  Het transcendente is traditioneel  weergegeven met aanduidingen, zoals  ‘er zijn’,  ‘het daar’,  ‘waar het gebeurd’, het is de ‘beleving’. Waar het eeuwige, de stervelingen, de hemel en aarde elkaar ontmoeten. De fundamentele structuur van Age’s  werk is,  dat het niet af is, omdat deze gedachten ondefinieerbaar zijn,  omdat het nimmer af zal zijn. Het leven van de kunstenaar gaat verder, er is nog geen streep onder zijn oeuvre.

Enerzijds geeft het werk van Age de  non-verborgenheid  weer, het is onthullend en Age heeft zich vrijgegeven door uit het duister te treden. Anderzijds is het aan de toeschouwer dit werk te aanschouwen en te interpreteren. Het is een dubbele vrijheid.

Binnen deze speelruimte existeert de kunstenaar, telkens opnieuw, weet hij deze gedachten naar  de beeldende kunst vorm te geven. Het werk van Age Hartsuiker schept de beweging van onze kunstgeschiedenis.  Age´s werk bewonderen is het thuiskomen in een lange Herkomst.